1989 – 1992

Terug naar het overzicht

Historie van RTC “De Bidon” – Deel 1 – 1989 – 1992

Het tijdbeeld van de beginjaren ‘90

Op politiek gebied is het meest markante moment van deze jaren wel de val van de Berlijnse Muur op 9 november 1989. Een gebeurtenis, die niemand, zelfs kort tevoren, voor mogelijk had gehouden. Ook dramatisch is het neerslaan van het protest van de Chinese studenten op het Tian-Men plein in Peking. Minder belangrijk is, dat in dat jaar de Fabeltjeskrant voor het laatst wordt voorgelezen door Meneer den Uyl.

In 1991 is er de opstand van de oude garde in Rusland, die mislukt. Boris “wodka” Jeltsin wordt president daarna. Ook wordt Sadam Hoessein weggejaagd uit Koeweit na de eerste Golfoorlog. Een jaar later mogen we Bill “sigaar” Clinton verwelkomen als president van Amerika.

Op sportief gebied kennen we de onvergetelijke overwinning van Greg Lemond op wijlen Laurent Fignon in de Tour van 1989 met 8 seconden. En de afgrijselijke inzinking van Erik Breukink in de Giro op de Passo Campolongo, terwijl hij in het rose op een paar kilometer na de overwinning voor het grijpen heeft. In dit jaar doen ook de Russen hun intrede in het peloton, de meesten in de ploeg van AlfaLum in Italië.

Begin jaren ‘90 zien we een aantal – vooral Italiaanse – renners plotseling geweldige prestaties leveren: Bugno rijdt vanaf de eerste dag in de Giro in het rose, Chiapucci wint bijna de Tour, in de Waalse Pijl bezetten de mannen van Gewiss, Argentin, Furlan en Berzin, volledig het podium. We weten nu wel beter, hoe dit kon. Dat er op medisch gebied een en ander afgerommeld wordt, blijkt uit de spectaculaire aftocht van de gehele PDM ploeg uit de Tour van ’91. Dit na de geruchtmakende Intralipid affaire, waarbij bedorven infuusvloeistof wordt toegediend aan de renners en ze bijna allemaal letterlijk zwak, ziek en misselijk naar huis gaan.

Edwig van Hooydonk haalt in 1989 en 1991 als ‘Eddy Bosberg’ twee keer op identieke wijze de winst binnen tijdens de Ronde van Vlaanderen. In de Tour begint de heerschappij van Miguel Indurain, die vijf jaar zal duren. Op bestuurlijk niveau wordt er een begin gemaakt met de ‘mondialisering’ van het wielrennen met de benoeming van Hein Verbruggen tot voorzitter van de UCI in 1992.

Het Nederlands Elftal gaat af op het WK van 1990 in Italië wegens onderlinge “vedette” strubbelingen. De beelden van een naar Rudi Völler spugende Frank Rijkaard staat eenieder nog op het netvlies. Op het EK in Zweden in 1992 gaat het beter en wordt Nederland 3e.

Het materiaal

Het materiaal begint zich spectaculair te ontwikkelen en verbeteren. De kleding wordt van kunststoffen gemaakt, ook de zemen in de race broeken zijn niet meer natuurlijk, hetgeen voor menig zitvlak een sterke verbetering is. Er komt steeds betere thermo kleding, o.a. het merk Goretex wordt bekend. Ook pakken uit één stuk voor de tijdritten raken in zwang.

De schoenen worden steeds fraaier uitgevoerd met klittenband en met kliksluitingen. De eerst carbonzolen doen voorzichtig hun intrede. Opvallende is de Italiaanse look ook bij de brillen, die steeds modieuzer en gekleurder uitgevoerd worden. Een noviteit is de intrede van de lichtgewicht schaalhelmen, die in het seizoen ’91 ook door de KNWU verplicht worden gesteld in alle koersen. Qua uitvoering zijn ze nog erg eenvoudig en zeker niet fraai. De profrenners weigeren nog ermee te koersen.

De fietsen zijn nog als stalen frames uitgevoerd. Wel zien we de eerste ‘klik’ remcommandeurs verschijnen van het merk Shimano, later ook van Campagnolo. Deze groepen bezitten ook reeds een achterderailleur met een pion van 8 kransjes op het achterwiel.

1989

Vol enthousiasme rolt de vereniging het nieuwe jaar 1989 in. Het bestuur is ongewijzigd, chauffeur blijft Piet Verstraten op de Renault bus en de toercommissie gaat op de oude voet verder. Wel wordt Leo Hageman weer actief lid van deze commissie. Het zondag rittenschema blijft ongewijzigd. Als nieuw lid wordt Jos Dierks verwelkomt, die de komende jaren nog van zich zal laten horen en ook jonkie Fedor Wesseling, de zoon van Ben, die de gemiddelde leeftijd fors doet dalen. Om administratieve redenen wordt ingevoerd, dat de contributie ( nog steeds f. 66.-)  in één keer moet worden betaald en wel vóór 1 april. Daarnaast wordt op de voorjaarsvergadering een 14-tal personen aangesteld om beurtelings een ritverslag te schrijven. Dit komt de kwaliteit en inhoud van het clubblad sterk ten goede.

Het jaar wordt in gang geschoten met een rollerwedstrijd tussen De Bidon en de AKN. In het individuele klassement wint de AKN in de persoon van Jan Buyk. De koppelwedstrijd valt in het voordeel van De Bidon uit. Wel is het aantal deelnemers beduidend lager dan een jaar geleden. Het zal dan ook de laatste keer zijn, dat dit evenement wordt georganiseerd.

Een nieuwe rit in het programma is de Grenslandroute over 140 km op Koninginnedag met een rust in café De Zwaan in Hilvarenbeek. Onder prachtig voorjaarsweer is deze rit een succes. Vier weken later gaat de Bidon op herhaling in de Ardennen met een busreis. Hier is er een rit van ruim 100 km uitgezet door Toon v.d. Broek en Jan Verbocht vanuit de camping “La Petite Suisse” in Dochamps. Dit jaar is het een rit bestaande uit 2 lussen, waarbij na de eerste lus na 70 km wordt gerust op de camping. In tegenstelling tot vorig jaar is het prachtig weer en is het genieten van het mooie Ardennen landschap. Twintig Bidonners nemen deel en worden in Dochamps verwelkomd door Rum Jansen, die vanuit Clervaux in Luxemburg daarheen is gekomen. Hij gaat na de eerste lus  weer terug richting Luxemburg, de rest voltooit de rit. Toon v.d. Broek omschrijft in het kort de dag als volgt:   …terugblikkend op onze Ardennen  rit meen ik te mogen stellen: het was een geslaagd fiets evenement, een fietsdag zonder weerga met prachtig natuurschoon en zeker voor herhaling vatbaar. Het was na de copieuze maaltijd dan ook zeer tevreden thuiskomen….

De 18e Ronde van de Kroeven is organisatorisch weer een succes met mooi weer en een goede publieke belangstelling. De koers van  het Roosendaals kampioenschap wordt al snel in een definitieve plooi gelegd, doordat 3 renners ontsnappen en wegblijven. Te weten de kampioen van vorig jaar, Kees de Jong, Jan Poldermans en Adrie van Gastel. Kees is de snelste in de spurt en prolongeert zijn titel. Wel wordt een kritisch punt door de voorzitter,  Jan Nijssen, aangehaald: ….. een minpunt is wel de duidelijke teruggang van het aantal deelnemers. Hierover is al landelijk over geschreven en gesproken, ook van mijn zijde. Eén vraag kan ik hier niet verzwijgen:  als een man van 40 + de sprint wint van de tweede man van 47 jaar en de derde van 51 jaar in het kampioenschap van een gemeente van 60.000 inwoners, vraag ik mij af “waar blijft de jeugd ? “ .

De tijdrit wordt dit jaar voor het eerst in het midden van het seizoen verreden. Het idee hierachter is, dat iedereen dan beter in vorm is en meer moraal heeft. De deelname is goed te noemen, 19 man. Verrassende winnaar is Peet Konings, die specialist Toon v.d. Broek 3 seconden voorblijft. Als derde eindigt Toon Verstraten. Wel blijkt, dat de gemiddelde snelheid bij de meesten hoger ligt dan in het verleden.

De zondagsrit van 6 augustus wordt opgeschrikt door een forse valpartij op de Wallen als gevolg van een ribbel in de weg door een boomwortel. Vier man rollen over de weg, Leo Lambrechts, Tinus Martens, Jos Verdonck en Cees van Straaten. Met de mannen valt het redelijk mee, alleen schaafwonden en kapotte kleren. Wel is één van de fietsen fors beschadigd. Een week later wordt het peloton op de lange weg van Baarle Nassau naar Hoogstraten enthousiast begroet door een vijftal tegenliggers, en wel zo enthousiast, dat 3 van de 5 op hun snuffert gaan. Dat is voor menigeen weer schrikken. De schrik wordt na afloop weggedronken bij Stien, waar flink wat statiegeld voor haar wordt verdiend. Zij wordt er fijntjes op gewezen, dat een club pas echt wel vaart met een zuinige penningmeester en een gulle kastelein !!

Pech heeft ook Ben Wesseling, die opnieuw start in de “Marmotte”. Hier zijn verslag:                 …..het wegdek net over de top van de Croix de Fer is zeiknat, linke soep. Ik zit in een groepje van 4 en de tweede gaat onderuit,en jawel goed geraden, ik lig er ook bij. In de reflex te hard geremd. Er wordt gevloekt door die andere twee, denk ik tenminste, want ik weet niet zeker wat gvd in het Frans is. Ik spring overeind, denk alleen aan mijn eigen hachie en de geplande  tijd…….. de ketting ligt eraf…gdver……gdver….mompel ik in mezelf, de derailleur is afgebroken, ik kan het schudde…. Ik sla met mijn vuist op het zadel en voel me als Rudi Dhaenens in zijn Tour etappe, genaaid door het noodlot. …..

De marathonrit begin september richting Bergeijk wordt gereden in de regen.  Hierover vermeldt Christ Couwenbergs in zijn verslag:                                                    ….. een kilometer na de rust zat ik pal achter Cees van Straaten en zag langs zijn lichaam een walm komen. Omdat hij na zo’n korte afstand nog niet kon zweten, ging ik even naast hem rijden om te kijken, wat er aan de hand was. Jawel hoor… Cees had na het eten een sjekkie opgestoken en was dat op de fiets doodgemoederd verder aan het opbranden ….

Bij de koppeltijdrit, traditioneel de afsluiting van het seizoen, neemt Toon v.d. Broek wraak voor zijn nederlaag bij de individuele tijdrit. Samen met Tjebbe Smulders is hij meer dan één minuut sneller dan de youngsters Richard Jongenelen/ Peet Konings, die tweede worden. Op 10 seconden daarachter volgt het duo Wim van Nijnatten/ Jan Verbocht. Er zijn  10 koppels actief op de Wallen, die vier ronden ofwel 19.6 km afleggen.

Hierna begeeft iedereen zich naar Huis ten Halve voor de beslissingsrit voor het kampioenschap. Er zijn maar liefst 7 kandidaten: Cees van Straaten, Richard Jongenelen, Jos Oostvogels, Christ Couwenbergs, Minus van Elven, Leo Lambrechts en Jos Dierks. Het is Cees, die de tijd van wethouder Toon de Bruijn het dichtst benadert en clubkampioen 1989 wordt.          De driejaarlijkse wisselbeker is evenwel voor Jos Oostvogels. Er zijn dit jaar 26 ritten verreden over 2312 km met een opkomst van 47.5%, hetgeen een duidelijk stijgende lijn aangeeft. Buiten de vervelende valpartij op de Wallen is het een prima verlopen seizoen met een goede sfeer binnen de club.

1990

Het jaar 1990 begint stormachtig, letterlijk wel te verstaan. Een aantal zware stormen teisteren in januari de lage landen, met als hoogtepunt de orkaan op 23 januari met enorme schade over het hele land, vele doden en een volledig ontregeld auto- en treinverkeer. Het bestuur van De Bidon wordt versterkt met Christ Couwenbergs, die als 7e lid zitting neemt naast Jan Nijssen, Wim Fase, Cees Goorden, Cees Verstraten, Leo Notenboom en Jos Oostvogels. Ook de toercommissie blijft in dezelfde samenstelling doorgaan.

Er wordt weer voor drie jaar een nieuwe competitie opgezet. De opkomstpunten blijven gehandhaafd voor goud, zilver of brons. Om kampioen te kunnen worden, moet je goud behalen. Maar voor het kampioenschap telt ook het aantal kilometers. Pas bij gelijke kilometers wordt er een beslissingsrit gereden.                                                                                               Een prominent lid, Bert Klijs neemt afscheid. Hij vindt dat 200 kilometer in 3 jaar te weinig is om zich nog actief lid te kunnen noemen. Hier enkele citaten uit zijn  afscheidsbrief:                         ……partir, cést mourir un peu, afscheid nemen is een beetje doodgaan. Het zal jullie misschien een beetje overdreven voorkomen bij het opzeggen van het lidmaatschap van een fietsclub Toch voel ik het wel zo, aangezien ik er na 18,5 jaar Bidon een punt achter zet.                                                             ……Een kleine raadgeving kan ik moeilijk achterwege laten: wees als vereniging niet bang om te veranderen, ga met je tijd mee, speel in op de wensen van de leden.                                         …Bidonners, bedankt voor de mensenkennis en de bestuurlijke ervaring, die ik mocht opdien in vaak woelige tijden, vooral in de beginjaren. Bedankt voor de kameraadschap tijdens en na het fietsen. Een speciaal dank-je-wel voor Jan Nijssen. Als voorzitter was en is hij toch hèt gezicht van de club…….

Het ledenbestand wordt uitgebreid met het eerste vrouwelijke lid, Henja Verstraten, die samen met haar man Erik de gelederen komt versterken. Ook wordt Ron Hopstaken opnieuw lid na zijn studie te hebben afgerond. De eerste rit is al een lastige vanwege de harde wind. Tinus Martens zoekt tijdelijk de beschutting van de bus op en biedt bij Huis ten Halve direct zijn fiets te koop aan. Overigens worden we aldaar verrast met beschuiten met muisjes, dit vanwege het feit, dat Marian Buyk moeder is geworden van een flinke zoon, Koen. Een week later viert Tinus Martens zijn 60e verjaardag onder de “Palm” bomen !  Opvallend is de rit van 19 maart: Het kwik haalt die dag al de 22º C en de helft rijdt in melkwitte blote benen. Alleen Ad Stoffelen en Ad Lambrechts maken iedereen jaloers met hun Spaans-bruine benen.

Op de dag van Parijs- Roubaix wordt traditioneel de kasseienrit naar Berendrecht en Zandvliet gereden. Wim Fase doet verslag:                                                                                    …….ik zit op de fiets zo te rekenen, 35 man , er rijdt dus een peloton met materiaal voor zo’n slordige 50.000 gulden over de pavé’s. Daar is Zandvliet, de Brazilianenstraat en dan in de richting van het nudistenkamp van Athena. Het is even flink doorbijten, ogen dicht en stampen. Op een enkele tuinierende Belg na is er weinig volk op de been. Ieder bedwingt in zijn eigen tempo de 3 km lange kasseienstrook en bij de tuinderij op de hoek vindt de hergroepering plaats….

De Ronde van de Kroeven kent een noviteit: voor het eerst zijn er koersen voor de jeugdrenners, van 7 tot 14 jaar in 8 categoriën. Secretaris Eric Verstraten van jeugdvereniging J.W.C. Roosendaal Steeds Vooraan is in zijn nopjes met de goede deelname en de prima organisatie. Hij zal later dit nogmaals bevestigen via een openbrief.                                                                         Jammer, dat de weergoden zich van hun slechte kant laten zien, het is nat en kil. Bovendien is er de concurrentie van het WK voetbal in Italië.  Daarom is de publieke belangstelling in de middag matig te noemen. Pas rond 19.00 uur, als het Roosendaals Kampioenschap net van start is, wordt het drukker. Na een spannende koers wint Leo Verhulst vóór Jan Berghege en ‘good old’ Adrie van Gastel.

Buiten de kompetitie worden er steeds meer ritten verreden door de leden, ook in het buitenland. In clubverband wordt in mei vertrokken naar Dochamps in de Ardennen, waar de renners worden getrakteerd op “Ardennenweer” , dus nat en koud. In september is de tweede klimrit in Limburg, traditioneel vanuit Hulsberg. Ook die ochtend bij het vertrek is het nat, maar daar ter plaatse klaart het op. Toch staan er 20 man aan het vertrek. Op initiatief van de toercommissie wordt er in drie kleine groepen gereden, dit om eenieder zoveel mogelijk zijn eigen tempo te laten rijden en het wachten te bekorten. De meningen zijn achteraf verdeeld over dit experiment.

Op eigen gelegenheid rijden Tjebbe Smulders en Leo Lambregts Parijs-Rucphen. Christ Couwenbergs neemt met enkele maten deel aan de eerste toerversie van de Amstel-Gold-Race, hetgeen Christ de bijnaam Christ ‘van Impe’ Couwenbergs oplevert. Hier is hij tot op heden niet gelukkig mee !!

Leo Hageman neemt deel aan de ‘Acht van Brabant’ een rit op een afgezet parcours in de omgeving van Gilze/Dorst over liefst 300 km. Hij finisht met een gemiddelde van 32 km/u.                                   Toon van den Broek, Leo Hageman en Jan Verbocht gaan een week op pad met Cycletours naar Frankrijk, naar de Vercors en omgeving. Ook zij weten nu, dat het daar enorm kan regenen. Speciaal in die week is de “bedevaartstocht” naar de Notre Dame de la Salette, een klim naar 1770m naar een klooster, waar ook wordt overnacht:                                                                                                … hier zou Maria zijn verschenen  aan een aantal kinderen en tranen hebben vergoten over alle zonden. Toon doet in de klim een echte bedevaart en volgens eigen zeggen is zelfs Maria enkele malen aan hem verschenen. Aangekomen in het klooster, bleek dat de kloosterlingen zich niet elke dag douchen. Helemaal aan het einde van de gang waren er enkele douches. Blote mannen in de gang deden dan ook menig zusterke verschieten. Ze zagen vandaag ook een verschijning , maar dan van Adam !! …..                                                                                                                        De zwagers Cees Goorden en Cees Schijven trekken naar Frankrijk om deel te nemen aan de “Marmotte”.

De tijdrit in juni kent 19 deelnemers en is een prooi voor alweer Toon van den Broek met –letterlijk- een straatlengte voorsprong op Toon Verstraten en Ron Hopstaken. Toon komt dicht bij een gemiddelde van 40 km/u: 39.9. Die gemiddelde snelheid van plus 40 km./u bewaart hij, samen met zijn kompaan Jan Verbocht, voor de koppeltijdrit in september. Die wordt gereden onder ideale omstandigheden. Hier staan 11 koppels aan de start. Met vier regelmatige rondes op de Wallen van 7.19 – 7.19 – 7.22 – 7.18 halen Toon en Jan voor het eerst een gemiddelde van 40.3 km/u. Als tweede klasseren zich vader en zoon Wesseling, als derde de gebroeders Verstraten.

Een spannende rit is de grenslandroute naar Hilvarenbeek, althans voor de bus. Het verslag meldt hierover:    … op de weg van Gilze naar Chaam, net voor de afslag naar rechts waren we ineens onze trouwe chauffeur Piet kwijt. Cees Verstraten, Toon van den Broek en onze monteur bij uitstek Cor van Elven besloten de verloren zoon te gaan zoeken. Precies op het punt waar we hem voor het laatst hadden gezien, stond Piet rustig te wachten op de dingen die komen gingen. De auto was niet meer vooruit te branden. “Auto-dokter” Cor had het euvel snel gevonden, maar het verplichtte hem wel de rest van de rit achter het stuur van de Renault bus plaats te nemen. Piet had het er niet op om de bus ‘al klutsend’ naar Huis ten Halve te rijden…….. 

Het kampioenschap is een strijd tussen Jos Dierks en Minus van Elven. Voor de beslissingsrit, over maar liefst 12.9 km moeten ze beiden hun te verwachten eigen tijd inleveren. Minus zit er 2 min en 1 sec vanaf. Jos maar 15 seconden en hij is dus de nieuwe kampioen.

Over het hele seizoen worden er 30 ritten en 2501 km gereden met een opkomst van 42.5%.  Vermeldenswaard is nog, dat zich het hele seizoen geen enkele valpartij heeft voorgedaan. Het seizoen wordt 2 weken later afgesloten met een goed bezochte puzzelrit.

 

1991

Het jaar 1991 is het jubileumjaar: de club bestaat 20 jaar. De jubileumcommissie en de toercommissie hebben daarom enkele speciale evenementen in gedachte. Het bestuur verliest Cees Goorden, Jos Oostvogels neemt het penningmeesterschap van hem over. Jos verlaat daarom de toercommissie, in zijn plaats komt Jos Dierks. Het raamwerk voor de competitie blijft hetzelfde. Wel wordt er aan het begin van het seizoen gestart met een B groep. Die is bedoeld voor leden, die het wat kalmer aan willen doen, minder kilometers en een lager tempo. Voor hen wordt een aparte B-competitie in het leven geroepen. De eerste 3 maanden loopt het in deze groep redelijk, maar na 23 juni worden er geen ritten meer gereden en stopt het experiment.

Als nieuwe leden melden zich Tonny Schijven, de broer van Cees, Rini van Hassel, die 10 jaar geleden ook al eens lid was, René Schepers en Piet van Merriënboer, de maat van Jan van Rijsbergen. Dat er al tijdens de eerste ritten flink op los geknald wordt, blijkt uit het verslag van Christ Couwenbergs:      ……toen Leo Notenboom wegsprong, achtte ook ik de tijd rijp om een sprong te wagen. Toen ik met mijn laatste restje energie met ± 48 km/u Leo passeerde, werd ik reeds enkele tientallen meters verder voorbij gestoken door Tonny Schijven met meer dan 50 km/u. Ik dacht meteen, als ik dat nog zou moeten doen, kunnen ze woensdag kadetjes met kaas eten bij Huis ten Halve na m’n begrafenis. Toch is het leuk om met een gezellig stel sportvrienden te fietsen en in Limburg “Chrisje van Impe” te worden genoemd,terwijl ik alle geesten moet aanroepen om boven te komen !  

Een nieuwe rit op de agenda is die in mei naar de Vlaamse Ardennen. Er wordt gestart in Oudenaarde vanuit het lokaal `Rap en Glad` voor een rit over de Paterberg, de Eikenberg en de Oude Kwaremont. Op het plein van de laatstgenoemde bult wordt een koffiestop gehouden. Ben Wesseling schrijft daarover in zijn  verslag:                                                                                                   ….de meesten doen zich flink tegoed aan een lekker stuk taart en zelfs de Trappist vloeit rijkelijk. Het madammeke is een beetje sjagerijnig, maar ze heeft een lekker kontje en dat maakt toch veel goed…… De douches na afloop dateren nog uit de vijftiger jaren: een klassiek kippenhok, drie sproeiers aan het dak, eronder een betonnen vloer met afvoerputjes. Met z’n allen tegelijk onder de sproeiers, we zijn dan ook “rap”klaar met douchen!

Een tweede uitdaging voor 6 fietsers is de rit Parijs- Roubaix in de toerversie op 21 juni. De organisatie wordt vanuit Nederland geregeld door de toerclub “Le Champion” , die deze rit om de twee jaar op de agenda heeft. De zes keienvreters zijn: Toon van den Broek, Christ Couwenbergs, Leo Lambrechts, Jan Verbocht en zijn twee broers Frans en Jos. Christ en Jan doen verslag: ……de fietsen worden ingeladen in de bus bij Oosterhout en via een stop in Nazareth bereiken we één van de voorsteden van Parijs. Na een korte en onrustige nacht met nog een alarm, dat op een erg vervelend moment afgaat, is het reveille door Christ om half drie. Na het ontbijt gaan we de bus in, op weg naar Compiègne, de startplaats. De start wordt opgehouden, omdat er één man ontbreekt. Alle kamers en pleeën worden uitgekamd, maar zonder resultaat. En waar zit die oen, ja in een andere bus, waar zijn naam al 3 keer is omgeroepen….na 100 km in Troisvilles zouden de ‘pavés beginnen. Net voorbij de kerk aldaar bereiken we een T-kruising. Hier links of rechts ??, nee rechtdoor….. een nauwelijks te onderscheiden karrenspoor is de eerste keienstrook. Zwierend om de grasbossen heen vliegen we het veld in. Pas na 200 m worden de keien zichtbaar onder de klei. ……                                                                               …..  na afloop douchen. Christ Couwenbergs, zonder bril, pakte een verkeerde flacon uit zijn toilettas: geen shampoo, maar Midalgan. Het werd een witte dikke substantie in z’n grijze haren, die absoluut niet wilde schuimen. Iedereen lag in een deuk van het lachen en uiteindelijk was het een Belg, die Christ aan shampoo hielp. Zes keer opnieuw inzepen was nodig om alles uit zijn haren te spoelen. Een vuurrooie kop was het eindresultaat……

Voor het eerst in de geschiedenis van de club wordt er een tweedaagse georganiseerd in de richting van de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug. Jan Verbocht heeft daar in zijn studententijd vanuit Utrecht talloze trainingsritten gereden. Hij heeft de beide ritten uitgezet: vanuit Roosendaal door de Betuwe naar de jeugdherberg in Elst op zaterdag en de terugweg langs een andere route weer naar Roosendaal op zondag. Er zijn 24 deelnemers en Tinus Jongenelen is de chauffeur van de volgbus. ’s Zaterdags gaat de route in drie etappes. De eerste stop is in het oude stadje Heusden, daarna slingert het peloton over de dijken van het land van Maas en Waal om uiteindelijk de Lek over te steken voor de tweede stop in Rhenen. Na 197 km wordt de jeugdherberg in Elst bereikt. De “avondetappe” aan de bar wordt opgevrolijkt door een Argentijns muziekgezelschap.

Peter Konings leert daar aan de bar de smaak van Jägermeister zeer te waarderen. Het vervelende is, dat zijn maag dit spul veel minder kan waarderen en de inhoud daarvan komt in het begin van de nacht dan ook vanaf het bovenste stapelbed naar beneden. Het wordt een onrustige en wat zuur geurende nacht op de grote slaapkamer. Het gelukkigst zijn Henja en Eric Verstraten, zij hebben een aparte kamer.

Op zondag gaat de route over de Utrechtse heuvelrug en langs de kastelen van Leerbroek.  Vanaf Amerongen komt de wind op de Lekdijk stevig op de kop en beginnen bij een aantal de stramme spieren te kraken, vooral omdat het tempo even stevig wordt aangetrokken om in Wijk bij Duurstede de pont te halen. Het wordt een zware rit vanwege de straffe zuidwestenwind en op het einde ook nog regen eroverheen. Bovendien gaat het mis bij de laatste stop bij café Den Elzakker, er is een feest aan de gang en het café puilt uit. Daarom wordt besloten om direct door te gaan naar Huis ten Halve. Na 185 zware kilometers komt het heuse finishdoek, opgehangen op de Passenberg, in zicht.

De Ronde van de Kroeven heeft dit jaar geen beroep kunnen doen op de jeugdrenners zoals is gepland. Door de invulling van de kalender van de jeugdrondes past onze ronde daar niet in. Een alternatief wordt gevonden in een ploegentijdrit: ploegen van 4 man over 10 ronden oftewel 11 km. Er schrijven 10 ploegen in, waaronder twee van de Bidon. De winst gaat naar de Mannen van Gastel, de Bidonners eindigen op de 4e en 9e plaats. Het kampioenschap van Roosendaal gaat naar Jan Berghege vóór Piet van Eekelen en Jan Bellemans.

De tijdrit in juni is weer een winner voor Toon van den Broek met ruim verschil voor René Schepers en jonkie Fedor Wesseling. Er zijn 18 Bidonners actief op de Wallen. Drie maanden later bij de koppeltijdrit ontbreekt Toon. De winst gaat naar Tonny Schijven/René Schepers, die het 40+ gemiddelde van een jaar eerder nog iets weten aan te scherpen. Het verschil met de overige koppels is meer dan één minuut. Eric en Henja Verstraten worden tijdens hun race opgehouden door een boer, die net zijn koeien laat oversteken, hetgeen tot enige discussie leidt.

Dit jaar wordt voor het eerst de grote rit naar Ouddorp gereden, die vanaf dan jaarlijks op de kalender zal staan. Als jubileumrit vanwege het 20 jarig bestaan wordt door Cees Verstraten en Leo Hageman een rit in de Gelderse Achterhoek georganiseerd. Leo heeft een jaar eerder tijdens de trip door de Vercors een fietsende dame ontmoet uit Borculo, die lid is van de toerclub “De Berkelrijders”. Door deze club is een prachtige route uitgezet en ook de zon levert haar bijdrage aan het welslagen van deze dag. Met de bus gaan 23 Bidonners richting het oosten en beleven een schitterende dag door een landelijke omgeving. De dag sluit af met een voortreffelijk diner.

De competitie eindigt na 29 ritten en 2593 km met een gelijke stand tussen Cees Schijven en Ad Stoffelen. Het opkomstpercentage is ruim 44 %. Opgemerkt dient te worden, dat er geen enkele rit is afgelast dit jaar. De beslissingsrit valt uit in het voordeel van Cees en hij ontvangt de kampioenstrui.

In oktober wordt de club opgeschrikt door het plotseling overlijden van de eerste chauffeur, Theo Janssen, op 58 jarige leeftijd. Jarenlang heeft hij de club gediend als chauffeur van de volgbus.       Ook in oktober wordt op grootse wijze het 20 jarig jubileum gevierd tijdens een uitbundig feest, waar wethouder Toon de Bruyn de eregast is en ‘Den Teun’ als tonprater de lachspieren weet te masseren. Speciale aandacht is er voor de drie leden, die ook de hele 20 jaar vanaf de oprichting lid zijn geweest. Dit zijn onze voorzitter Jan Nijssen, Rum Jansen en Rinus van Zitteren.

1992

Het nieuwe jaar 1992 begint met een bestuurswisseling: Jos Oostvogels maakt plaats als penningmeester voor Jan Verrijzer. Jan Nijssen als voorzitter, Cees Verstraten, Crist Couwenbergs en Wim Fase blijven in het 5 mans bestuur. Aan het begin van het jaar telt de vereniging 60 leden met een gemiddelde leeftijd van 44 jaar. Slechts 2 leden zijn ouder dan 60 jaar.

Er wordt een nieuwe chauffeur aangetrokken in de persoon van Gerard Klaassen. Daarnaast wordt De Bidon een internationale club met het toetreden van de nieuwe leden met Spaans bloed:  Manolo Martinez, José Lopez, Vicente Magdaleno en Angel Polvorosa. Een ander nieuw lid is Cees Verstraten (Gazellelaan). Met de Spanjaarden doet een nieuw spreekwoord zijn intrede in het peloton: ‘miarre’ = plassen. Dit zullen we het komende jaar geregeld horen roepen halverwege de rit. De eerste twee zijn min of meer vaste klanten, de andere zien we zelden. Overigens zullen ze maar twee jaar lid blijven.

De toercommissie, bestaande uit 7 leden (Toon v.d. Broek, Jos Dierks, Leo Hageman, Geert Konings, Tonny en Cees Schijven en Jan Verbocht) stelt een programma op voor het komende seizoen. En om een nog beter afgestemd rittenschema te maken, zal er een schriftelijke enquête worden gehouden onder de leden. Het zondagse rittenschema gaat op de aloude voet verder.

Wel is er in plaats van de tweedaagse dit jaar in mei een familietrip naar Brugge, georganiseerd door Toon van den Broek en Jan Verbocht. Een 17– tal fietsers gaat ‘en velo’ door het Zeeuwse land over de pont bij Kruiningen en daarna door Zeeuws Vlaanderen via Damme naar Brugge. De tocht verloopt zeer voorspoedig, mede vanwege de rugwind vanuit noordoost. In Brugge kan er een douche worden genomen in het zwembad, nou ja, er werd een soort openbare warm watersluis aangeboden. De een ging er poedelnaakt doorheen, de ander – wat preutser –  met bijna alle kleren nog aan. Maar na afloop is iedereen lekker opgefrist en gaat de groep op zoek naar de bus, waarmee hun echtgenotes en kinderen naar Brugge zijn gekomen. Bij elkaar zo’n 43 personen.                       Twee vrouwelijke gidsen geven een uitgebreide rondleiding door het oude stadscentrum met de vele middeleeuwse gebouwen. Na zich tegoed te hebben gedaan aan de plaatselijke bieren, wordt de dag afgesloten met een zeer gezellig diner in het rustieke restaurant “Maximilliaan van Oostenrijk”. Zowel de fietsers, de echtgenotes als de kinderen hebben een erg leuke dag gehad.

De 21e Ronde van de Kroeven gaat door met dezelfde opzet als het vorige jaar: er is weer een ploegentijdrit over 10 ronden, ofwel 11 km. De ‘Mannen van Gastel” zijn weer de snelsten vóór de ploegen van Zomerlust uit Wouwse Plantage en De Bidon. Bij het kampioenschap van Roosendaal gaat Nispenaar Jan Poldermans er met de bloemen vandoor vóór Jan Berghege en Leo Verhulst.

Leo Notenboom neemt in de maand juni deel aan de “Patton tocht” . Deze fietstocht volgt de route van generaal Patton door Frankrijk na de invasie in Normandië. Ze start in Cherbourg en eindigt in Luxemburg. De deelname is massaal, het eten en slapen gaat dan ook massaal met soms wat ongemakken. Maar voor Leo is het een onvergetelijke tocht geweest.

In de tijdrit in dezelfde maand meent Toon van den Broek iets te moeten rechtzetten. Al twee keer is in de koppeltijdrit een gemiddelde van + 40 km/u gehaald,  hij doet het nu individueel voor de eerste maal in de Bidon historie: 40.4 km/u over 3 ronden op de Wallen.  René Schepers en Tonny Schijven volgen op meer dan een straatlengte. Zij nemen wel revanche tijdens de koppeltijdrit, die onder zware omstandigheden wordt verreden. Hier zijn Toon van den Broek/ Jan Verbocht en Cees Verstraten/ Geert Konings de geklopte koppels.  Wel zien we hier al de tendens, dat er minder deelname is aan beide tijdritten.

In de tweede helft van het seizoen zien we de opkomst sterk teruglopen, soms maar 10-15 man aan het vertrek. De voorzitter maakt zich hierover terecht zorgen. Aan de snelheid kan het niet liggen: het clubblad vermeldt een gemiddelde over alle ritten in de zomermaanden juli en augustus van 28.4 km/u. Over het hele seizoen is er geen enkele rit  met een gemiddelde van boven 29 km/u. Of is er wellicht hierdoor te weinig uitdaging?? Wel ontbreken in de maanden augustus en september twee vaste klanten: Christ Couwenbergs en Manolo Martinez zijn uitgeschakeld na een zware val op 2 augustus. Het clubblad vermeld hierover in het verslag van Christ zelf:

….. we maakten een ommetje door de polder bij Ooltgensplaat. Halverwege een lange weg sloeg het noodlot toe in de vorm van een stuk tak, dat tussen de spaken van het voorwiel en de vork terecht kwam. De “Couwe” ging over zijn stuur heen over de kop met Manolo Martinez en Jos Vos daar weer overheen. Gelet op de blikken van de anderen zag ik er uit als een rode Hulk, terwijl bij Manolo een wat ingezakte schouder wees op een sleutelbeenbreuk. Cees Verstraten, Jos Vos en Jos Verdonk hebben me ter plekke aan mijn hoofd verbonden. Dit leverde complimenten op van de chirurg in het ziekenhuis van Dirksland, waar mijn scalp middels een groot aantal hechtingen in ere werd hersteld. Mannen bedankt voor jullie eerste hulp …..       

Als kampioen -met voorsprong- wordt Geert Konings gehuldigd, er is geen beslissingsrit nodig. Het seizoen sluit af met 58 leden die over 29 ritten in totaal 2555 km hebben (kunnen ) afleggen. Dit ‘kunnen’ is hier op zijn plaats, want over het hele seizoen is het opkomstpercentage  maar 31 %, hetgeen een dramatische daling is ten opzichte van de voorgaande jaren. Het probleem ligt vooral in de periode na de zomervakantie en het bestuur gaat zich beraden over een andere opzet.

In de loop van het seizoen wordt er door het bestuur en de toercommissie een enquête onder de leden gehouden. Hierin wordt aan elk lid gevraagd hoe zij denken over de zondagritten, de ritten buiten de competitie, waar deze ritten te organiseren, hoe lang de ritten en met welk tempo. Er reageren 26 leden. Maar de ideeën van de toercommissie naar aanleiding van deze enquête vinden geen gehoor bij het bestuur. De angst bij het bestuur is met name, dat extra ritten op zaterdag de opkomst op zondag negatief zullen beïnvloeden. Een tweede angst is, dat de toercommissie teveel zeggenschap zou kunnen krijgen over het programma. Een en ander geeft onrust en een minder goede sfeer binnen de club in de periode na de vakantie. Er wordt een extra ledenvergadering bijeen geroepen op 30 september. Deze verloopt met een heftige discussie en leidt er toe, dat de toercommissie voltallig aftreedt en het bestuur het rittenschema weer zelf gaat opzetten en voorrijden. Van het verloop van deze vergadering wordt geen enkele melding gedaan in het clubblad. Het seizoen eindigt door dit alles toch een beetje met een kater.

Nieuw is op 4 oktober een familietoertocht richting Schjjf als afsluiting van het seizoen. Deze wordt samen met de AKN georganiseerd. Het verloopt succesvol met een goede opkomst, ook van vele gezinsleden van de fietsers. Daarom zijn er plannen om dit ook een keer in de zomerperiode te gaan organiseren.

Terug naar het overzicht